Conform het besluit van de burgemeester omtrent de organisatie en regels van een virtuele gemeenteraad en raad voor maatschappelijk welzijn dd. 29.04.2021 inz. art. 1 punt 4 worden de aanwezigheden als volgt bepaalt : "Alle punten die via i-voting op uiterlijk donderdag 29.04.2021 om 12u door iedereen zijn goedgekeurd worden automatisch als goedgekeurd beschouwd ongeacht het raadslid op het moment van de virtuele gemeenteraad op donderdag 29.04.2021 om 20u "aanwezig" is of niet"
De raad voor maatschappelijk welzijn beslist dat de notulen van haar voorgaande zitting worden goedgekeurd.
Tom Aelbrecht, voorzitter van de raad voor maatschappelijk welzijn
De notulen van de zitting van de raad voor maatschappelijk welzijn van 28.01.2021 worden aan de raad voor maatschappelijk welzijn ter goedkeuring voorgelegd. Ze vormen samen met de audio-visuele opname tevens het zittingsverslag.
Ontwerpnotulen van de zitting van de raad voor maatschappelijk welzijn van 28.01.2021.
Audio-visueel verslag van de raad voor maatschappelijk welzijn van 28.01.2021 zoals te vinden op: https://youtu.be/I2t6iEZbp8k
Decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017, art. 277 & 278 §2
Decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017, art. 285 t.e.m. 287
geen
Audio-visuele opname van de virtuele vergadering: https://www.youtube.com/watch?v=3hmpM-TWhDg&t=471s - Tijdsblok: 47 min 28 sec - 47 min 46 sec
Enig art. – De notulen van de zitting van de raad voor maatschappelijk welzijn van 28.01.2021 - die samen met de audio-visuele opname tevens het zittingsverslag uitmaken - worden goedgekeurd
De raad voor maatschappelijk welzijn beslist tot de openbare verkoop van de site en woning gelegen Latemdreef 56 te Zwalm.
Eric De Vriendt, voorzitter van het vast bureau
Het OCMW wenst de site gelegen aan de Latemdreef 56, gekadastreerd volgens titel en recent kadastraal uittreksel, sectie B, nummer 269C2 P0000, met een oppervlakte van dertien are veertien centiare (13a 14ca) online en openbaar te verkopen.
Het schattingsverslag bepaalt de waarde op € 77.000.
De woning voldoet totaal niet meer aan de huidige woonnormen en we wensen geen verder kosten te doen aan het gebouw.
Notariskantoor De Smet & Willems uit Zwalm werd gevraagd de verkoopsvoorwaarden op te maken.
schattingsverslag van schatter Rézy Delvaey dd. 11.06.2019
ontwerp verkoopsvoorwaarden
EPC
verslag controle electriciteit
Decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017
Omzendbrief KB/ABB 2019/3 over de transacties van onroerende goederen door lokale en provinciale besturen en door besturen van de erkende erediensten
geen
Audio-visuele opname van de virtuele vergadering: https://www.youtube.com/watch?v=3hmpM-TWhDg&t=471s - Tijdsblok: 47 min 47 sec - 48 min 3 sec
Art. 1 - De door notariskantoor De Smet & Willems opgemaakte voorwaarden voor de openbare verkoop via Biddit van een woonhuis, op en met grond gelegen aan de Latemdreef 56 te Zwalm, gekadastreerd volgens titel en recent kadastraal uittreksel , sectie B, nummer 269C2 P0000, met een oppervlakte van dertien are veertien centiare (13a 14ca). en opgenomen in bijlage, worden aangenomen.
Art. 2 – De minimaal te behalen verkoopwaarde wordt bepaald op €77.000.
Art. 3 – Het vast bureau regelt de verdere praktische schikkingen omtrent de openbare verkoop.
Art. 4 - De voorzitter van het vast bureau en algemeen directeur worden gemachtigd tot ondertekening van alle documenten aangaande deze verkoop.
De raad voor maatschappelijk welzijn keurt de aanpassing van het reglement Minder Mobielen Centrale i.h.k.v. het bevorderen van de basismobiliteit van kwetsbare doelgroepen goed.
Bruno Tuybens, lid van het vast bureau
De Minder Mobielen Centrale is een dienst die met vrijwilligers-chauffeurs, personen vervoert die een beperkt inkomen hebben én verplaatsingsproblemen ondervinden ten gevolge van ouderdom, ziekte of een functiebeperking. De Minder Mobielen Centrale is reeds actief in Zwalm sedert 2012 en probeert op die manier de doelgroep extra basismobiliteit te verschaffen en hen mede hierdoor uit hun sociaal isolement te halen. Meestal gaat het om mensen die vanwege hun ouderdom of ziekte geen gebruik kunnen maken van het openbaar vervoer.
De Minder Mobielen Centrale staat in principe niet in voor ziekenvervoer maar wel voor een gebruikelijk bezoekje aan de dokter, een familiebezoek, de kaartclub, het kapsalon,...
De vrijwillige chauffeurs gebruiken hiervoor hun eigen wagen.
Het OCMW werkt hiervoor samen met de overkoepelende organisatie Taxistop.
Het reglement betreffende de Minder Mobielen Centrale dateert reeds van 16.05.2012 en was dan ook aan update toe, en wel om volgende redenen:
Besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 16.05.2012 houdende "Opstart minder mobielen centrale – overeenkomst met centrum voor positieve aanwending vzw (taxistop)"
Adviesvraag verkeerscommissie dd. 12.04.2021 + antwoorden
Organieke Wet van 8.07.1976 betreffende de OCMW’s, zoals tot op heden gewijzigd voor wat het Vlaamse grondgebied betreft
Decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017
geen
Audio-visuele opname van de virtuele vergadering: https://www.youtube.com/watch?v=3hmpM-TWhDg&t=471s - Tijdsblok: 48 min 4 sec - 48 min 28 sec
Reglement Minder Mobielen Centrale
Art. 1: De Minder Mobielen Centrale (verder "de MMC") vervoert mensen met een beperkt inkomen die problemen ondervinden om zicht te verplaatsen. Het OCMW werkt hiervoor samen met de overkoepelende organisatie Taxistop. Voor deze aansluiting betaalt het lokaal bestuur jaarlijks € 95. In deze prijs zijn inbegrepen:
- Het gebruik van de internettoepassing voor de administratie.
- Opleiding voor de centrale coördinatoren die met de toepassing werken.
- De verzekering die door Taxistop wordt afgesloten voor de leden en de chauffeurs. Het betreft zowel een verzekering Burgerlijke Aansprakelijkheid als een Omniumverzekering.
- Werkingsmateriaal: chauffeurskaarten, kilometerboekjes, lidkaarten.
- Helpdesk tijdens de kantooruren.
Daarnaast betaalt het lokaal bestuur een premie voor de omniumverzekering per gereden kilometer aan Taxistop (0,035 €/km + € 0,08 per rit).
De administratieve taken (voorzien van dispatching, lidkaartenadministratie, werven van vrijwilligers) wordt opgenomen door het personeel van de Sociale Dienst.
Art. 2: Doelgroep
§1 Inwoners van de gemeente Zwalm die verplaatsingsproblemen ondervinden ten gevolge van ouderdom, ziekte of een functiebeperking én die voldoen aan de volgende voorwaarden kunnen een beroep doen op de Minder Mobielen Centrale:
§2 Er is bovendien een inkomensgrens voor de gebruikers van maximum twee maal het leefloon.
De inkomensgrens baseert zich op de bedragen leefloon toegekend volgens de geldende categorieën aangewend door OCMW's:
categorie 1: samenwonend
categorie 2: alleenstaand
categorie 3: samenwonend met gezinslast
Deze inkomensgrens werd bepaald om geen oneerlijke concurrentie op te zetten ten aanzien van private taximaatschappijen.
Art. 3: Inschrijving:
§1 Om gebruik te maken van de Minder Mobielen Centrale dient de toekomstige gebruiker een lidmaatschap aan te vragen via de Sociale Dienst. Dit gebeurt via een inschrijvingsformulier waarop naam, adres, telefoonnummer en andere relevante gegevens (bv. gehandicapt of moeilijk te been) worden genoteerd.
De gebruiker geeft hiermee ook toestemming om de gevraagde persoons- en andere gegevens te verwerken voor:
-de organisatie van de MMC
-de cliëntadministratie
-de hulpverlening
-de facturatie
-het ontwikkelen van het beleid (onderzoek en analyse)
-de naleving van andere wet- en regelgeving
-het behandelen van geschillen
§2 Om lid te worden van de Minder Mobielen Centrale dient men tevens jaarlijks een bijdrage te betalen. Vervolgens ontvangt de gebruiker een lidkaart met lidnummer die geldig is tot en met 31 december van het lopende jaar. Na 1 juli kan men ook inschrijven voor een half jaar.
Art. 4: Kosten lidmaatschap & ritten
§1 Het jaarlijks lidmaatschap bedraagt 12 euro, bij inschrijving na 30 juni is dit nog 6 euro. Voor een groeps- of gezinslidmaatschap is het tarief € 18 euro en 9 euro na 30 juni. Het lidmaatschap is jaarlijks vernieuwbaar.
§2 De betaling van het lidmaatschap gebeurt per overschrijving binnen de 30 dagen na ontvangst van de factuur.
§3 Bij gebrek aan betaling van het lidgeld wordt de hulpverlening tijdelijk opgeschort of volledig stopgezet vanuit de centrale.
§4 Reeds betaalde lidgelden worden in geen geval terugbetaald.
§5 Per rit wordt een bijdrage van 0,35 euro per kilometer gevraagd. Het bedrag per kilometer is index-afhankelijk.
Het lid betaalt deze bijdrage rechtstreeks aan de chauffeur. Het aantal kilometers wordt berekend:
- vanaf het huis van de chauffeur, tot zijn terugkeer thuis;
- inclusief de kilometers die zonder lid worden gereden;
- de afstand wordt bepaald aan de hand van de kilometerteller van de wagen;
- elke begonnen kilometer wordt als een gereden kilometer gerekend.
§6 De chauffeur heeft recht op een minimumvergoeding gelijk aan de vergoeding voor 10 km. Indien de kilometervergoeding stijgt, stijgt de minimumvergoeding eveneens.
§7 De parkeerkosten zijn ten laste van de gebruiker.
§8 Indien de gebruiker slechts korte tijd op zijn bestemming aanwezig dient te zijn, zal de chauffeur ter plaatse wachten. Dit wordt bij de bevestiging van de rit doorgegeven aan de gebruiker. Bij een wachttijd vraagt de chauffeur een wachtvergoeding van 2,5 euro per halfuur. Dit wordt bij de bevestiging van de rit meegedeeld aan de gebruiker.
§9 Wie tijdig de rit annuleert, voor het vertrek van de chauffeur thuis, is geen vergoeding verschuldigd. Bij een laattijdige annulatie wordt een vergoeding aangerekend gelijk aan het bedrag van de afgelegde kilometers door de chauffeur. Een uitzondering op deze regel wordt gehanteerd bij overmacht (bv. opname ziekenhuis, ziekte).
Art. 5: Verzekering
§1 Alle ritten dienen tijdig te worden aangevraagd bij de Minder Mobielen Centrale en worden dan in het systeem van Taxistop ingevoerd. Dan pas zijn de ritten officieel erkend voor de verzekering. De ritten moeten daarom steeds bij de centrale worden aangevraagd en nooit via de chauffeur.
Volgende verzekeringskosten zijn inbegrepen via het inschrijvingsgeld:
- Verzekering burgerlijke aansprakelijkheid chauffeurs
- Verzekering burgerlijke aansprakelijkheid gebruikers
- Omniumverzekering chauffeurs (de schade aan de wagen waarbij zijn aansprakelijkheid bewezen wordt, de lichamelijke schade van de chauffeur, diefstal van de wagen, brand)
§2 De verzekering is enkel van toepassing op de verplaatsing. De chauffeur is dus niet meer verzekerd via Taxistop tijdens de begeleiding in de winkel, bij het uitladen van boodschappen in huis, enz.
§3 lndien de chauffeur een ongeval veroorzaakt, is de gebruiker verzekerd door de autoverzekering van de chauffeur. De gebruiker kan optreden als getuige voor de chauffeur.
§4 Een schadegeval moet onmiddellijk schriftelijk worden gemeld aan de MMC.
Art. 6: Ritaanvraag
§1 De centrale wordt bij voorkeur 48 uur op voorhand gecontacteerd voor een ritaanvraag.
§2 Bij een ritaanvraag meld je volgende gegevens:
- naam, adres en telefoonnummer van de aanvrager
- datum en uur van de gewenste rit
- plaats en uur van de bestemming
- aantal te vervoeren personen
- bijzonderheden (rolstoel gebonden vervoer, rollator, … )
§3 Een begeleider van de gebruiker kan gratis meerijden indien dit vooraf aan de centrale werd doorgegeven. Begeleiders die geen lid zijn van de MMC, zijn niet gedekt door de verzekering burgerlijke aansprakelijkheid.
§4 Bij het niet naleven van het reglement en/of de afsprakennota van de Minder Mobielen Centrale kan de centrale (de Sociale Dienst van het OCMW) ten allen tijde leden weigeren.
Art. 7: De chauffeur
§1 Voor elke chauffeur die zich aanmeldt wordt een inlichtingenformulier opgemaakt. Voor iedereen die wenst beroep te doen op de Minder Mobielen Centrale wordt een inschrijvingsformulier ingevuld. De chauffeur kan enkel ingeschreven worden bij het voorleggen van een uittreksel van het strafregister.
§2 De taken van de chauffeurs van de MMC beperken zich tot het vervoeren van de gebruikers van deur tot deur. De chauffeur mag de gebruiker helpen bij het in- en uitstappen , alsook bij het in- en uitladen van de boodschappen.
§3 De chauffeur kan altijd een aanvraag weigeren. De chauffeurs hebben ook het recht een rit te staken, bijvoorbeeld wanneer de veiligheid van de chauffeur in gevaar wordt gebracht, de goede zeden en /of de openbare orde in het gedrang komen, de gebruiker(s) in staat van dronkenschap verkeren.
§4 De chauffeur heeft een kilometerboekje dat hij/zij invult en waarmee het aantal gereden kilometers wordt afgerekend. Het witte briefje is een betalingsbewijs.
§5 Boetes ingevolge verkeersovertredingen zijn steeds ten laste van de chauffeur.
§6 De contactgegevens van de chauffeur worden enkel aan de gebruiker gegeven om het tijdstip van de terugrit door te geven.
Art. 8: De Minder Mobielen Centrale Zwalm (Sociale Dienst)
§1 De Sociale Dienst zorgt voor de bemanning van de centrale.
§2 De Sociale Dienst zorgt voor de werving/coaching van de chauffeurs en hun inschrijving.
§3 De Sociale Dienst zorgt voor de registratie van de lidmaatschappen en het versturen van de lidkaarten.
§4 De Sociale Dienst zorgt voor de inplanning van de ritten en de chauffeurs.
§5 De Sociale Dienst registreert voor elke chauffeur de uitbetaalde vergoedingen en/of onkostenvergoeding.
§6 Soms gebeurt het dat er geen chauffeur beschikbaar is om een rit uit te voeren. De Sociale Dienst kan hiervoor niet verantwoordelijk worden gesteld.
§7 De Sociale Dienst zal de gebruiker steeds tijdig verwittigen wanneer een rit niet kan gereden worden.
Art. 9: Financiële compensatie voor gebruikers gerechtigd op de verhoogde tegemoetkoming.
Leden die vanwege hun mutualiteit gerechtigd zijn op het statuut verhoogde tegemoetkoming bedoeld in artikel 37§19 van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, ontvangen jaarlijks een mobiliteitstoelage van € 12. Deze beslissing wordt door het Bijzonder Comité voor de Sociale Dienst genomen op basis van het sociaal onderzoek omtrent de verhoogde tegemoetkoming. Leden aangesloten na 30 juni van het jaar ontvangen een toelage van € 6 per jaar. Leden die hiervoor in aanmerking komen en een groeps- of gezinslidmaatschap hebben, ontvangen een mobiliteitstoelage per groeps- of gezinslidmaatschap van € 18 euro of van € 9 euro indien aangesloten na 30 juni.
Art. 10: Dit reglement treedt onmiddellijk in werking bij goedkeuring en is van toepassing tot en met 31 december 2025.
Art. 1 - Het reglement Minder Mobielen Centrale in het kader van het bevorderen van de basismobiliteit van kwetsbare doelgroepen wordt aangepast, gehercoordineerd en goedgekeurd zoals opgenomen in bijlage.
Art. 2 - Dit gehercoördineerde reglement treedt in werking conform de bepalingen van het decreet lokaal bestuur en is geldig tot 31 december 2025.
Art. 3 - Dit besluit wordt bekendgemaakt conform het decreet lokaal bestuur. Daarnaast wordt er ook actief gecommuniceerd naar de burgers betreffende deze wijzigingen.
De raad voor maatschappelijk welzijn keurt het reglement voor de tussenkomsten in het kader van socio-culturele participatie 2021-2025 goed.
Bruno Tuybens, lid van het vast bureau
Het huidige bestuur vindt de bevordering van de participatie en sociale activering belangrijk. Als invulling van actieplan 412 in het meerjarenplan werd het reglement betreffende de tussenkomsten in het kader van de participatie en sociale activering herwerkt. Deze herwerking verruimt de scope van de toewijzingsmogelijkheden. Naast de tussenkomsten voor warme maaltijden en kampen zijn nu onder andere ook tussenkomsten voorzien voor vakantiekampen voor kwetsbare kinderen, cursussen voor volwassenen en de aanschaf van een laptop en fiets. Het bestuur trok hiervoor in het meerjarenplan 2020-2025 heel wat meer middelen uit dan voorheen. Vanaf 2021 is er jaarlijks € 18.000 voorzien.
Jaarlijks wordt een Koninklijk Besluit, houdende maatregelen ter bevordering van de participatie en sociale activering van de gebruikers van de dienstverlening van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, goedgekeurd. Dergelijke KB's houden subsidiemogelijkheden in, die we telkens willen aanspreken. We zijn echter van oordeel dat we onze cliënten verder willen helpen dan hetgeen in het KB is opgenomen en de middelen die ons daartoe worden verleend. Het voorgelegd reglement, ter bevordering van participatie en sociale activering, zal dus gelden ongeacht of het KB reeds van kracht is en de tussenkomsten beperken zich bovendien niet tot het bedrag dat aan subsidies bekomen kan worden.
Om subsidies te kunnen bekomen moeten het OCMW’s de doelgroep een tussenkomst toekennen binnen deze drie beleidsprioriteiten:
1. het bevorderen van de participatie en sociale activering,
2. het bestrijden van kinderarmoede,
3. het organiseren van collectieve modules in het kader van het Geïndividualiseerd Project voor Maatschappelijke Integratie.
De tussenkomsten hebben tot doel de gebruikers van de dienstverlening van het OCMW te activeren en zodoende hun autonomie, participatie en sociale integratie te bevorderen.
De subsidies ingevolge het KB inzake participatie en sociale activering kunnen aangewend worden voor alle cliënten van het OCMW van Zwalm, die woonachtig zijn op het grondgebied van de gemeente. Niet-cliënten kunnen pas na een sociaal en financieel onderzoek beroep doen op de subsidies.
Dit reglement is geldig vanaf de goedkeuring tot en met het einde van de huidige meerjarenplan-periode.
Besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 30.01.2020 betreffende de tussenkomsten in het kader van de participatie en sociale activering 2020
Besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 22.06.2020 betreffende het gebruiken en huren van een laptop
Besluit van de raad voor maatschappelijk welzijn van 19.12.2019 betreffende de tussenkomsten warme maaltijden op school voor kinderen van de peuterklas tot en met 6de middelbaar die in het bezit zijn van een vrijetijdspas in het kader van kinderarmoedebestrijding - verlenging periode 2020 tot en met 2025
Organieke Wet van 08.07.1976 betreffende de OCMW’s, zoals tot op heden gewijzigd voor wat het Vlaamse grondgebied betreft
Decreet over het lokaal bestuur van 22.12.2017
Pascale Adriaens, Bruno Tuybens
Audio-visuele opname van de virtuele vergadering: https://www.youtube.com/watch?v=3hmpM-TWhDg&t=471s - Tijdsblok: 48 min 29 sec - 55 min 33 sec
Reglement voor tussenkomsten in het kader van socio-culturele participatie 2021-2025
Art.1: Het OCMW kan het reglement aanwenden voor activiteiten binnen de 3 volgende beleidsprioriteiten opgelegd door de federale overheid:
1 BEVORDEREN VAN MAATSCHAPPELIJKE PARTICIPATIE: verlagen van de drempel tot culturele, sport- en jeugdactiviteiten voor maatschappelijk kwetsbare kinderen, jongeren en volwassenen. Het betreft o.a. de betaling van lidgelden, meerdaagse schoolactiviteiten, kampen...
2 BESTRIJDEN VAN KINDERARMOEDE: financiering van onderwijs-, psychologische of paramedische ondersteuning, steun bij aankoop van pedagogisch of spelmateriaal, …
3 ORGANISEREN VAN COLLECTIEVE MODULES: activiteiten die worden opgezet en georganiseerd in groepsverband aanvullend op de individuele begeleiding hetzij georganiseerd door het OCMW, hetzij door een externe partner in het kader van het Geïndividualiseerd Project voor Maatschappelijke Integratie
Art.2: De budgetten vastgelegd per OCMW in het jaarlijks Koninklijk Besluit, houdende maatregelen ter bevordering van de participatie en sociale activering van de gebruikers van de dienstverlening van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn (verder: het KB”) dienen aangewend te worden binnen deze 3 beleidsprioriteiten.
De individuele en collectieve toekenningen op basis van dit reglement worden bij voorrang gefinancierd uit de middelen toegekend via het KB. Bij uitputting van deze subsidies wordt vervolgens het restbedrag aangewend dat de meerjarenplan-begroting voorziet voor de bevordering van de socio-culturele participatie.
Art. 3: DOELGROEPEN
De tussenkomsten zijn bestemd voor inwoners , gedomicilieerd in de gemeente Zwalm, en die behoren tot één van de volgende doelgroepen:
Doelgroep 1: Maakt gebruik van volgende dienstverlening bij het OCMW Zwalm (individueel).
• (equivalent) leefloon -ontvangers en hun gezinsleden;
• cliënten in budgetbeheer, budgetbegeleiding of in schuldbemiddeling via het OCMW Zwalm en hun gezinsleden;
• cliënten die financiële steun ontvingen in het lopende jaar.
Personen die onwettig op het grondgebied verblijven, en personen die in het LOI verblijven en zodoende gesubsidieerd worden via Fedasil, komen niet in aanmerking voor deze tussenkomst.
Doelgroep 2: Maakt op het moment van de aanvraag (nog) geen gebruik van de OCMW-dienstverlening maar heeft beperkte financiële middelen (individueel).
De aanvrager moet wel behoeftig zijn, hiervoor wordt gekeken nar het maandelijks gezinsinkomen dat steeds wordt afgetoetst aan de van kracht zijnde EU SILC norm.
Momenteel wordt rekening gehouden met de EU SILC norm 2019 (bedragen/maand).
Alleenstaande persoon – gezinshoofd € 1230/maand
Bijkomende volwassene € 616/maand
Kind ouder dan of gelijk aan 14 jaar (op basis van het geboortejaar) € 616/maand
Kind jonger dan 14 jaar (op basis van het geboortejaar) € 370/maand
Aanvullend op deze vereisten, wordt voor beide doelgroepen ook rekening gehouden met volgende elementen:
• Bij aantoonbaar co-ouderschap wordt de helft van het bedrag per kind opgeteld;
• Personen met roerende kapitalen met een waarde hoger dan € 6.250, op het moment van de aanvraag, komen niet in aanmerking door de tussenkomsten.
• Het bedrag van de huurprijs of de hypothecaire lening dat 1/3 van het inkomen overschrijdt, wordt in mindering gebracht van het inkomen;
• Afbetaalde eigendommen worden meegenomen in het financieel onderzoek, het inkomen wordt met 1/5 verhoogd;
• Er wordt geen rekening gehouden met naakte eigendommen;
• Er wordt geen rekening gehouden met de vrijgestelde bedragen gekoppeld aan de berekening van een leefloon (bv. enkel vakantiegeld, het groeipakket en het onderhoudsgeld uitbetaald ten voordele van de kinderen);
• Er wordt geen rekening gehouden met de zorgverzekering, de integratietegemoetkoming en het zorgbudget voor ouderen met een zorgnood;
• Voor personen in collectieve schuldenregeling wordt enkel rekening gehouden met het leefgeld.
Doelgroep 3: Initiatiefnemers, die activiteiten of initiatieven op sociaal, cultureel of sportief vlak organiseren voor bovenstaande doelgroepen 1 en 2.
Art. 4: SPECIFIEKE BEPALINGEN
4.1. SOCIALE, CULTURELE EN SPORTIEVE PARTICIPATIE
4.1.1. Individuele of collectieve toekenningen
In het kader van de sociale, culturele en sportieve participatie kunnen de subsidies gespendeerd worden door:
- een individueel voordeel toe te kennen (doelgroep 1 en 2);
- een collectief voordeel toe te kennen, door een activiteit te ondersteunen die zich tot de doelgroep richt (doelgroep 3).
4.1.2. Activiteiten:
- financiering van de deelname door de gebruikers aan sociale, sportieve en culturele manifestaties (toegangsprijs, verplaatsing, kinderopvang,…) (individuele toekenning);
- financiering van de deelname door de gebruikers aan sociale, culturele of sportieve verenigingen (lidgeld, kampen zonder overnachting, noodzakelijke benodigdheden en uitrustingen) (individuele toekenning);
- de ondersteuning en financiering van initiatieven die de toegang en participatie van de doelgroep tot de nieuwe informatie- en communicatietechnologieën bevorderen (laptop, internetfactuur) (individuele toekenning);
- de ondersteuning en financiering van initiatieven van of voor de doelgroep op sociaal, cultureel of sportief vlak (collectieve toekenning).
4.2. BESTRIJDEN VAN KINDERARMOEDE: KINDERARMOEDE
4.2.1 Individuele toekenningen
De steun wordt toegekend specifiek voor kinderen en jongeren uit doelgroep 1 en 2 die recht hebben op het groeipakket of voor de ouders uit doelgroep 1 en 2 indien dit in onmiddellijk verband staat met het bevorderen van de situatie van het kind of de jongere.
4.2.2. Activiteiten:
- financiering van maatschappelijke dienstverlening om de maatschappelijke integratie van kansarme kinderen via deelname aan sociale programma’s te bevorderen: schoolondersteuning (schooluitstappen, schoolabonnementen, warme maaltijden, bijlessen, huiswerkschool,…), psychologische ondersteuning, paramedische ondersteuning en aankoop pedagogische hulpmiddelen of spelletjes (individuele acties);
- financiering van opleidingen voor ouders die verband houden met de ontwikkeling van het kind (individuele acties);
- financiering van initiatieven met of voor kansarme kinderen om hun maatschappelijke integratie te bevorderen (collectieve acties)
Art. 5: AANVRAAG
De aanvraag dient te gebeuren bij de sociale dienst van OCMW Zwalm door de cliënt zelf.
De maatschappelijk werker maakt een dossier op, bestaande uit:
het door de aanvrager ondertekende aanvraagdocument;
De maatschappelijk werker informeert zijn cliënt over de tussenkomsten die mogelijk zijn ten gevolge van dit reglement.
Elke aanvraag van een persoon, die geen cliënt is bij het OCMW (doelgroep 2), zal een sociaal-financieel onderzoek tot gevolg hebben. Hiertoe zal elke aanvrager zijn inkomsten dienen te bewijzen door middel van het laatste aanslagbiljet van de belastingen of het inkomen van de laatste drie maanden (loonfiches, rekeninguittreksels, ..), rekeninguittreksels, enz.….
Art. 6: TUSSENKOMSTEN DOOR HET OCMW
Individuele toekenningen zijn jaarlijks begrensd tot max. € 150 per volwassene en tot max. € 300 per kind/jongere gerechtigd op het Groeipakket.
De tussenkomst van het OCMW kan nooit hoger zijn dan het eigen aandeel, na aftrek van andere mogelijke tussenkomsten (mutualiteit, werkgever, andere instellingen, …). OCMW Zwalm kan de uitgekeerde bedragen terugvorderen wanneer zou blijken dat de door de cliënt verstrekte informatie over de sociale en/of financiële situatie niet correct was.
De maatschappelijk werker kan binnen een bepaald dossier bij uitzondering voorstellen om de tussenkomsten rechtstreeks aan de organisator te betalen. In de andere gevallen wordt de tussenkomst overgemaakt aan de aanvrager.
We maken de volgende onderverdeling voor de toegekende tussenkomsten:
6.1. SOCIALE, CULTURELE EN SPORTIEVE PARTICIPATIE
6.1.1. Individuele toekenningen
Doelgroep 1: de toekenning gebeurt steeds voor de volledige 100% van de kostprijs
Doelgroep 2: de toekenning bedraagt 80% van de kostprijs, de resterende 20% dient de aanvrager zelf te bekostigen.
Indien de aanvrager het maximum toegelaten bedrag (vastgelegd door de Raad) reeds ontving, kan er door de maatschappelijk werker een bijkomende aanvraag worden voorgelegd aan het Bijzonder Comité voor de Sociale Dienst.
6.1.2. Individuele toekenningen in het kader van het verlenen van toegang tot de nieuwe informatie- en communicatietechnologieën vallen buiten de vastgelegde maxima (max. € 150 per volwassene en tot max. € 300 per kind/jongere gerechtigd op het Groeipakket). Het lokaal bestuur Zwalm biedt immers de kans om gratis of tegen zeer democratische huurvoorwaarden toegang te krijgen tot de gedigitaliseerde samenleving via toekenning van een operationele laptop (incl. ondersteuning). Zij worden dan ook apart behandeld door het Bijzonder Comité voor de Sociale Dienst. De huurprijs van de laptop bedraagt € 5/maand per laptop, zij het voor een minimale periode van 24 maanden. De laptops toegekend aan doelgroep 1 en aan de de jongeren die middelbaar of hoger onderwijs volgen uit doelgroep 2, worden vrijgesteld van de huurprijs. Voor elk gezin is het gebruik of de huur van een draagbare pc beperkt tot één toestel, vermeerderd met een extra toestel per kind dat middelbare school loopt of les volgt in het hoger onderwijs. Indien in een gezin met kinderen geen WIFI-verbinding voor handen is, kan de ten laste name van de installatie- en abonnementskosten worden voorgelegd aan het Bijzonder Comité voor de Sociale Dienst.
6.2. BESTRIJDEN VAN KINDERARMOEDE
6.2.1. Individuele toekenningen
Doelgroep 1: de toekenning gebeurt steeds voor de volledige 100% van de kostprijs
Doelgroep 2: de toekenning gebeurt steeds voor de volledige 100% van de kostprijs
Indien de aanvrager het maximum toegelaten bedrag (vastgelegd door de Raad) reeds ontving, kan er door de maatschappelijk werker een bijkomende aanvraag worden voorgelegd aan het Bijzonder Comité voor de Sociale Dienst.
6.2.2. Warme schoolmaaltijden vallen steeds buiten bovengenoemde maximumbedragen per kind en worden volledig ten laste genomen.
6.3. ORGANISEREN VAN COLLECTIEVE MODULES
Het Vast Bureau neemt een beslissing over het toe te kennen subsidiebedrag.
Art. 7: BESLISSING
Binnen de maand na de aanvraag neemt het Bijzonder Comité voor de Sociale Dienst een beslissing tot het al dan niet toekennen van een individueel voordeel. De aanvrager wordt schriftelijk op de hoogte gebracht van de beslissing.
De maatschappelijk werker maakt hiertoe maandelijks een lijst op met de namen van de aanvragers, omschrijving van de activiteit, van welke dienstverlening zij gebruik maken, het bedrag dat de aanvrager betaalde en de tussenkomst door het OCMW. Deze lijst wordt voorgelegd op de zitting van het Bijzonder Comité voor de Sociale Dienst.
Een aanvraag voor een collectieve toekenning wordt binnen de maand beoordeeld door het Vast Bureau. De beslissing van het al dan niet toekennen wordt schriftelijk aan de aanvrager bezorgd.
Art. 8: STOPZETTING EN TERUGVORDERING
Elke wijziging in de sociaal-financiële situatie kan tot een herziening of stopzetting van de tussenkomsten leiden.
Indien de aanvraag ten onrechte werd toegekend, op basis van bewust verleende, foutieve informatie vanwege de aanvrager, bij misbruik of fraude, bij niet naleving van de ondertekende contracten voor toekenningen in het kader van het verlenen van toegang tot de nieuwe informatie- en communicatietechnologieën, kan het Bijzonder Comité voor de Sociale dienst beslissen de tussenkomsten te stoppen en terug te vorderen en kan het Vast Bureau van het OCMW beslissen om de hiervoor een sanctie op te leggen.
Art. 9: INWERKINGTREDING
Het reglement betreffende het gebruiken en huren van een laptop dd. 22.06.2020 wordt opgeheven.
Het reglement betreffende de tussenkomsten warme maaltijden op school voor kinderen van de peuterklas tot en met 6de middelbaar die in het bezit zijn van een vrijetijdspas in het kader van kinderarmoedebestrijding - verlenging periode 2020 tot en met 2025 dd. 19.12.2019 wordt opgeheven.
Dit reglement treedt in werking bij goedkeuring en geldt tot en met 31 december 2025.
Art. 1 – Het reglement voor tussenkomsten in het kader van socio-culturele participatie 2021-2025 wordt vastgesteld zoals het reglement in bijlage. De toekenningen gebeuren binnen de budgetten, beschikbaar in het meerjarenplan.
Art. 2 – Het OCMW zal prioritair gebruik maken van de subsidies verleend in het kader van maatregelen ter bevordering van de participatie en sociale activering van de gebruikers van de dienstverlening van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn.
Art. 3 - Dit reglement wordt bekendgemaakt en treedt in werking conform het decreet lokaal bestuur
Namens de raad voor maatschappelijk welzijn,
Philip Lefever
Algemeen directeur
Tom Aelbrecht
Voorzitter Raad voor Maatschappelijk Welzijn